Snelfietsroutes zijn lang niet overal goed ingericht en zorgen zodoende nog vaak voor onveilige situaties. Dat concludeert de ANWB in een onderzoek naar negen ‘fietssnelwegen’ in heel Nederland. Zo bleken sommige paden te smal of staan er teveel obstakels op of langs het pad. Bij alle paden zijn er stukken van de route die de fietser deelt met gemotoriseerd verkeer. Voor fietsers onderling geldt er op de meeste paden geen eenduidige voorrangsregeling.
In het ideale geval is een snelfietsroute een breed fietspad – vier meter of breder – met weinig obstakels, flauwe bochten en zo min mogelijk kruisingen. Als er kruisingen zijn, heeft de fietser op de snelfietsroute voorrang. De fietssnelwegen staan hoog op de politieke agenda en worden gezien als een belangrijk middel om fietsgebruik te bevorderen. Er ligt al een netwerk aan fietspaden en de komende jaren komt daar nog eens 850 kilometer bij.
Maar deze paden zijn lang nog niet overal goed ingericht, concludeert de ANWB uit het onderzoek van 101 km snelfietsroute in negen provincies, variërend in lengte van 5,6 tot 20,5 kilometer. Zo bleken sommige paden te smal (Velostrada Leiden – Den Haag, Groningen – Ten Boer en Greenport Bikeway Venlo) of staan er teveel obstakels op of langs het pad (Utrecht Centraal – Houten, RijnWaalPad en Velostrada).
Gevaarlijke situatie
Bij alle paden zijn er stukken van de route die de fietser deelt met gemotoriseerd verkeer, zogenoemde Auto te gast-wegen of ‘fietsstraten’. De route Leeuwarden – Stiens is zelfs voor 80 procent toegankelijk voor gemotoriseerd verkeer. Dat is wel vrijwel uitsluitend bestemmingsverkeer. Op de F59 Den Bosch – Oss zijn sommige delen van het fietspad zelfs 60-km/uur-wegen. Op die route is 40 procent van de route Auto te gast-weg.
Vooral gevaarlijk zijn, aldus de onderzoekers, kruisingen waar automobilisten niet goed worden gewaarschuwd voor fietsers, die vaak uit beide richtingen kunnen komen. Zeker op bromfietspaden, waar ook speed pedelecs – met topsnelheid van 45 km per uur – mogen komen. Bijvoorbeeld op de route Utrecht – Houten, via Nieuwegein: daar wordt maar bij vijf van de veertig kruisingen goed gewaarschuwd voor fietsers.
Voor fietsers onderling geldt volgens de onderzoekers op de meeste paden geen eenduidige voorrangsregeling: ook dat kan voor verwarring of erger zorgen. Nog een gevaarlijke situatie: bij de afrit van de A325 bij Arnhem kruist deze de snelfietsroute. Daarbij ontbreekt een waarschuwingsbord dat automobilisten attendeert op passerende fietsers.
Aanbevelingen
De beste paden op dit moment zijn het RijnWaalpad Arnhem – Nijmegen (zie filmpje) en het traject Hengelo – Enschede, blijkt uit het onderzoek.
De ANWB laat weten een lijst met aanbevelingen gedeeld te hebben met de provincies. Verschillende provincies en gemeenten hebben belangenorganisatie al laten weten verbeteringen aan te brengen op de onderzochte routes. De gemeente Groningen plaatst bijvoorbeeld haaientanden op een aantal fietskruisingen zodat duidelijk is dat gebruikers van de snelfietsroute Groningen – Ten Boer voorrang hebben.
Bron: ANWB